het bewijs. In »die wolkenpumpe« b.v. cristaliseert zieh het dadaistische wereldbeeld (d. i. de wereld als ordelooze, tegen# strijdige totaliteit van meest inconsequente en elkaar frappant tegenstellende handelingen) in het rein# dichterlijke woord, d.w.z.: hat woord waaraan het 2x2 ontnomen is. Ik citeer: aus karaffen bläst der schwarzgefärbte weltgeist gleicher windsbeinen ist ausgespannt wie flösse und flügel in wasser und luft daß er sich vermaledeit verweser jongleurer seiner knochenstangen watte* der früchte der vögel über himmel rollt [brücken und steuersteine wie eine orgel dreht also steigen wir aus ihm kein haschen hat uns mehr und messen zwölf scheffel schatten drei eilen eulen und sind fadentief rosengras er hat den schwan verführt er hat die Wasserscheide umgestellt er macht kein blumen noch federlesens er trägt ein fäßchen aus glas. (hans arp) De dadaist die, zelfs voor het leven de logica verwerpt, laat zieh in de poezie niet leiden door hetgebruikelijke 2x2 = 4. Mag dit voor de logica nuttig zijn, in de poezie is 2x2 = 5. Voor den dadai'stischen dichter begint het »poetische moment« bij de denaturalisatie. De woorden zijn voor hem sprakeloos materiaal, hetwelk door rangschikking en gedena# turaliseerde verhouding dichterlijke beteekenis en klank krijgt. De opvatting dat aan een vers een logisch gebeuren moest voorafgaan, dat de zin volgbaar, in elk geval begrijpelijk moet zijn, dateert uit een tijd waarin wij natuur en kunst nog niet konden onderscheiden. Wat echter de cubistische en voor# cubistische (Arthur Rimbaud, de Lautreamont) poezie onder# scheidt van de dadaistische (Tzara, Bonset, Schwitters, Arp, enz.) is dit: bij de cubistische poezie berust het dichterlijke moment op een abstractie die gewild contras^t met de realiteit is; bij de dadaistische is de abstraktie spontaan en direct phenomenaal als levensrealiteit. Vor den dadai'sti# sehen dichter is het geheele wereldbeeld ’n gedieht zonder bepaald verband of zonder bepaalden zin. Hij wil de wereld niet uit haar verband rukken, door de poezie buiten haar te stellen. Handel is hem evenzeer poezie als geplakte zakken; het lezen van de courant geeft hem een dichterlijk genot. Hij maakt zijn verzen zooals hij zijn Shimmy danst, zooals hij eet, drinkt, wandelt of een bad neemt. De dadaist heeft geen bizondere extaze noodig. Hij is instrument, Spiegel van het geheele wereldgebeuren en dit gebeuren is DADA. III. De jong#gestorven Italiaansche dadaist Aldo Camini heeft in zijn Caminoscopie een zeer klare en bevattelijke beschrij# 29