11
zelf gelijk. Dada lieft de algemeen erkende dualiteit tus-
schen materie en geest, vrouw en man geheel op en schept
hierdoor het „Indifferenzpunkt” een punt alzoo boven het
menschelijk begrip van tijd en ruimte.
Hierdoor bezit dada het vermogen het vaste oog- en
distantiepunt, dat ons in onze (3 dim) waanvoorstellingen
gevangen houdt, mobiel te maken. Zoo werd het mogelijk,
inplaats van slechts één facet, het gelieele wereldprisma als
een geheel te zien. In dit verband is Dada een der sterkste
manifestaties der 4e Dimensie, getransponeerd in het sub-
jekt.
Van elk „ja” ziet Dada gelijktijdig het „neen”. Dada is
ja-neen: een vogel op vier pooten, een ladder zonder sporten,
een kwadraat zonder hoeken. Dada bezit evenveel positiva
als negativa. De meening: Dada is alleen destruktief is het
leven, waarvan Dada de uitdrukking is, misverstaan. Dada
bestrijden beteekent zichzelf bestrijden. Dada wil af rekenen
met de scheiding tusschen een transcendentale en een alle-
daagsche werkelijkheid. Dada is de behoefte aan een een
vormige wereldrealiteit bestaande uit dissoneerende en con-
trasteerende verhoudingen.
Dada ziet de natuur niet als lieftallige verschijning,
zooals wij ons haar gaarne voorstellen, maar als het onwel
riekende kadaver, dat onze geestelijke genoegens bederft en
alles oogenblikkeiijk in een staat van ontbinding doet ver-
keeren: allen, vanaf de schoonmaakster tot de artiest (in